RSC Anderlecht – KAA Gent, daar sla je al eens een zondagse barbecue voor over. Kwaliteit in overvloed bij beide teams en twee coaches die voor de aanval kiezen. “We zullen van onze eigen kracht uitgaan” beklemtoont Vanhaezebrouck.
Lachende gezichten op training bij de Buffalo’s. Iedereen genoot zichtbaar van het zomerweer. Of toch bijna iedereen…“Gershon is de enige afwezige op training”, begon Vanhaezebouck. “Hij revalideert verder na een knieblessure. Matton en Pedersen bevinden zich momenteel in een herstelfase. In het begin van de week misten we ook Depoitre. Hij kwam niet ongeschonden uit de duels met Kabasele en moest gehecht worden aan de achillespees. Zondag is hij wel inzetbaar.”
De Buffalo’s trekken dus met een bijna fitte kern naar het Astridpark. “Voor mij is dat de moeilijkste verplaatsing van het seizoen”, gaf Vanhaezebrouck mee. “Gezien hun status en verleden zijn ze immers nog steeds de grootste club van het land. Maar voor ons maakt dat niet zoveel uit. Weet je, het is soms zelfs moeilijker voetballen tegen de ‘kleintjes’, dan tegen grote ploegen. We zullen zondag gewoon uitgaan van onze eigen sterkte en een goede prestatie proberen neerzetten. Oké, we hebben onze beste vorm nog niet te pakken. Maar dat is bij veel andere ploegen ook het geval. Iedereen heeft nog wat inlooptijd nodig.”
Ook Anderlecht. De recordkampioen onderging de voorbije zomer dan ook een heuse – vooral offensieve - make-over. “Ze hebben nu veel meer mogelijkheden voorin. Dat maakt het complexer voor mij, ja. Ik weet niet met welke combinatie Anderlecht zondag zal starten. Vorig jaar moest je eigenlijk alleen Mitrovic in de gaten houden in de zestien. Nu heb je met Sylla, Ezekiel en Okaka jongens die ook buiten de box voor gevaar zorgen met hun snelheid en diepgang. Bovendien is Suarez terug – een uitzonderlijke speler. In België loopt er niemand rond met zijn kwaliteiten. Zijn afwezigheid was misschien wel dé reden waarom Anderlecht geen kampioen speelde. Het is klasse van Besnik (Hasi, red.) dat hij zijn afwezigheid nooit als excuus gebruikte.”
De nieuwkomers zetten Anderlecht al meteen op weg naar een zes op zes. “Anderlecht staat nu eenmaal voor individuele kwaliteit. Dat zagen we ook bij onze analyses van hun wedstrijden. De tegenstander stond goed georganiseerd, maar een klasseflits – zoals een laatste voorzet of de afwerking – maakte het verschil. Wij zitten dichter bij dat niveau dan andere ploegen, maar toch heeft Anderlecht nog een voorsprong op ons. Kijk maar eens naar de winnaars van persoonlijke trofeeën. Elk jaar vallen er spelers van Anderlecht in de prijzen, bij ons niet. Ach, ik zou ze toch allemaal afstaan voor de titel. Kampioen worden blijft het mooiste.”
“Hadden we naast de titel gegrepen, dan was het onze eigen schuld geweest”, blikte Vanhaezebrouck nog een keer terug. “Niet die van Anderlecht of Club Brugge. Als je ziet hoeveel punten we vorig seizoen hebben weggegooid… (zucht) Dat zijn er minstens evenveel als die andere ploegen. Ik begrijp wel dat Hasi en Preud’homme niet tevreden waren met wat hun teams brachten. Maar dat was bij mij ook het geval. Dus hadden we alle drie gebracht wat we hadden moeten brengen, dan waren we nog kampioen. (lacht)”
(JVDV)
Foto: Yves Masscho
