De Buffalo’s blijven de beste ploeg in Play-Off 1. De defensie – zorgenkind voor Kerstmis – verdient daarvoor de nodige credits door nu al 4 (!) van de 6 matchen de netten schoon te houden. Een clean sheet, het zorgt bij Stefan Mitrovic voor een trip naar de hoogste gevoelssferen: “Fantastisch! It’s the best satisfaction for a defender”, klonk het eerst zedig. “Dat is… hoe moet ik dat zeggen? Het voelt even goed als seks,” zei de verdedigingsleider met blikkende oogjes en een big smile. Hilariteit in de mixed zone.
Minder om te lachen het gebrek aan sprankelend voetbal deze namiddag. “Voor de rust waren wij de betere ploeg, erna namen zij de controle over.” Mitrovic himself kon nochtans de match openbreken, maar schoot naast. “Ik werkte niet af zoals het hoort,” klonk het streng bij de Serviër. “Op training weet ik nu waaraan ik moet werken.”
De immer positieve verdediger zat met iets, de ontgoocheling droop er vanaf. “Het is niet door deze match, maar dit seizoen verdienden we minstens één overwinning tegen Anderlecht. We waren vaak beter, maar geen enkele match tegen hen konden we dit seizoen winnend afsluiten.” Voetbal, het is niet altijd een eerlijk spelletje.
Afsluiten deed hij toch met een positieve noot. “We zijn de beste ploeg in PO 1 en presteren ook buitenshuis fantastisch. Voetbal is een vreemd spelletje: in de reguliere competitie konden we op verplaatsing zelden iets rapen en nu oogt ons rapport bijna perfect.” Het kusttripje volgende zondag ziet onze Balkanboy volledig zitten. (RG)
Het decor was fantastisch deze namiddag: 19.000 dolenthousiaste Buffalosupporters, een lekker weertje en voor het eerst in de Ghelamco Arena een geweldige tifo – bedankt supporters. De elf Buffalo’s op het veld waren onder de indruk. Ook Brecht Dejaegere, die een puike match speelde. “Alles was aanwezig om de titelstrijd te laten openbarsten.”
Ja, Brechtje was zichtbaar ontgoocheld toen hij de pers kwam toespreken. “Zo heb ik me nog niet vaak gevoeld.” De West-Vlaming is een winnaar, de titel van beste ploeg in deze nacompetitie zei hem direct na de match weinig. “De verwachtingen waren zo groot, bij ons, het publiek, het bestuur, de pers, …” Hij zuchtte: “We hebben ze niet kunnen inlossen. De momenten waren er nochtans…” Zelf kon hij terugblikken op een prima prestatie, tot hij alles gegeven had en een kwartiertje voor afsluiten rust gegund werd. “Ik was redelijk snel moe, sneller dan anders.”
De strijd is nog niet gestreden, de ambitie nog torenhoog. “Nu is het zaak om er alles aan te doen opdat we met trots kunnen terugkijken op Play-Off 1.” De Buffalo’s hebben een groot voordeel: “We gaan voor het hoogst haalbare, maar niets moet, alles mag.” (RG)
Man van de match bij de Buffalo’s was ongetwijfeld Lovre Kalinic. Zijn reflexen werden enkele keren getest, maar de Kroatische international stond pal. Een 0-0 eindstand was het gevolg, geen onlogische score volgens Kalinic: “Beide ploegen hadden genoeg kansen om te scoren en de wedstrijd te winnen. Onze eerste helft was goed, in de tweede helft had Anderlecht iets meer kansen. Of er veel druk lag bij deze wedstrijd? Niet echt. Natuurlijk willen we altijd winnen, maar spijtig genoeg is dat niet altijd mogelijk. Op naar de volgende wedstrijd. Onze bedoeling nu is die tweede plaats behouden, alsook de kloof met Anderlecht niet groter te laten worden. En vooral, blijven vechten tot het uiterste. Er vallen nog 12 punten te verdienen dus we blijven vechten tot het uiterste.”, antwoordde de Kroaat vastbesloten.
De troepen van Vanhaezebrouck haalden met dit gelijkspel een 12 op 18 én een vierde clean sheet. “We wisten dat dit geen gemakkelijke wedstrijd ging worden. Ik had het gevoel dat Anderlecht voor een puntje speelde. Het tempo lag soms wat laag, maar dat is normaal. We spelen heel veel wedstrijden op een korte periode. Dat maakt het moeilijk om elke wedstrijd, meer dan 90 minuten lang, op volle kracht te spelen. Al geldt dat voor elke ploeg hoor. Maar we zijn nooit aan de wedstrijd begonnen met de gedachte dat we hem niet konden winnen. Die reddingen? Dat is gewoon mijn job. Bovendien hebben mijn ploegmaats mij ook al meerdere keren gered.” (TS)